Ooit gold het verstand als superieur aan zoiets ongrijpbaars als intuïtie. Maar intuïtie blijkt zo onverstandig niet, en lacht het gevoelsarme verstand inmiddels uit. Vroeger was het toch vooral iets vrouwelijks: die onlogische afkeer van de nieuwe collega van haar man, het ruiken dat er iets mis is met buurvrouw Mia en meteen zien dat het met Jantje niet goed gaat.
Intuïtie, want daar hebben we het over, was iets waarover vooral vrouwen beschikten. Mannen snapten alles van systemen, auto's en fabrieken, vrouwen hadden oog voor het schijnbaar onbeduidende detail en konden met een liefdevol woord dorre planten laten opbloeien. Zij voelden dingen aan.
Onverklaarbaar
In die tijd waren mannen rationele wezens, vrouwen emotionele. Wetenschap leverde objectieve kennis op, kunst bood persoonlijk te waarderen schoons. Het was ook belangrijk niet je verstand te verliezen, want o wee als je in het moeras van het gevoel belandde. Over belangrijke zaken dacht je lang na en je liet je niet door emoties overmannen. Impulsen waren iets voor kinderen, niet voor volwassenen. En ga zo maar door: hier de slimme ratio, daar het naïeve gevoel.
Maar zoals het met de psychologie is gegaan, die eerst vooral erop was gespitst te ontdekken hoe mensen aan depressies en andere vervelende afwijkingen kwamen, en sinds een paar decennia vraagt hoe mensen eigenlijk gelukkig worden, zo lijkt het nu ook met het verstand en de ratio te gaan: goed dat ze er zijn, maar moeten we als mensen echt vooral beducht zijn voor de emotie, het gevoel; zijn die werkelijk zo gevaarlijk voor het gezonde verstand?
In het breintijdperk kan het niet anders of ook voor de raadselachtige gedragingen van mensen wordt driftig in de hersenen gewroet.
Hoofd en Onderbuik
De moderne breinwetenschap maakt korte metten met de ouderwetse scheiding tussen hoofd en onderbuik, tussen verstand en gevoel. Uit de conclusies van onderzoek hierrond blijkt dat intuïtie niet iets is wat voorbehouden is aan naïeve huisvrouwen, maar bij beide seksen voorkomt en van beslissend belang is, zowel in het alledaagse leven als in de wetenschap.
Als Neil Armstrong, de eerste mens op de maan, niet hoogst intuïtief had gehandeld in 1969, dan had niemand zich zijn uitspraak herinnerd: "Dit is een kleine stap voor een mens, maar een grote stap voor de mensheid." Dan was de maanlanding met de ruimtecapsule uitgemond in een groot drama. Want kort voor de succesvolle landing stuurde de boordcomputer van de Eagle het gevaarte plus bemanning loodrecht op een krater af, en het was Armstrong die in een flits besloot handmatig de landing op een andere plek te laten plaatsvinden - terwijl hij niet wist hoeveel brandstof hij nog had.
Ook de luitenant-kolonel die in Irak boze inwoners dreigend op zijn zwaarbewapende mannen zag afkomen, besloot in een split second het juiste: hij beval zijn mannen te knielen en te glimlachen. Waarschijnlijk heeft het een bloedbad gescheeld.
Zoals het een werkgever goed van pas kwam, dat hij zijn `knagende gevoel' volgde. Een gevoel dat hij kreeg nadat hij met zijn droomkandidaat had gesproken. Niets in diens cv wees op iets laakbaars, maar langer spitten leerde dat de man elders een strafblad had.
En over het opvolgen van lichamelijke signalen en impulsief gedrag gesproken: wie wilt dat grootbelegger Georges Soros zijn beleggingspositie verandert zodra hij pijn aan zijn rug krijgt?
Onderzoekers laten in breinonderzoek zien dat intuïtie gestolde ervaring en verworven kennis is, opgeslagen in de hersenen. Dat kan oer kennis zijn, gericht op het onmiddellijk herkennen van gevaar, maar ook persoonlijke kennis: de hersenen hebben geleerd wat effectieve strategieën zijn en hebben die opgeslagen.
Intuïtie bestaat vooral uit het vinden van patronen in de stroom van waarnemingen die op ons inwerken en ons dwingen beslissingen te nemen. Die patronen zijn niet via telepathische of andere spirituele wegen in onze geest beland; ze zijn aangeleerd. Daarbij zijn de meeste patronen niet bewust aangeleerd. Het is kennis waarvan wij niet weten dat wij haar in ons bezit hebben.
Innerlijke radar
Dat we kippenvel krijgen, gaan zweten of hoofdpijn krijgen, zijn signalen van de innerlijke radar, of zoals neuropsycholoog en onderzoeker Antonio Damasio in zijn boek zegt: emoties zijn de `verkeerslichten en richtingaanwijzers van de geest. Sterker: als emoties geen invloed zouden hebben op wat de hersenen besluiten, dan werd er helemaal niets besloten, zo blijkt uit onderzoek bij mensen die een bepaald soort hersenletsel hebben opgelopen.
Vaak wordt het lastig' gevonden dat bij beslissingen emoties om de hoek komen kijken. Maar zoals de Nijmeegse psycholoog Ap Dijksterhuis vaak als voorbeeld geeft, en wat Traufetter in zijn boek ook aanhaalt: dat hij in een paar seconden puur op zijn gevoel op een huis bood, daar heeft hij nooit spijt van gehad.
Verstand en emotie kunnen voor een gezond functioneren niet zonder elkaar. Wetenschappelijk klinkt die samenvoeging van wat ooit twee tegenstellingen waren, zo: "Metaforisch zou je kunnen zeggen dat verstand en emotie elkaar in de prefrontale cortex en in de amygdala overlappen", aldus Damasio, die de theorie van het 'somatisch stempel' ontwikkelde.
Het somatisch stempel
Volgens neuropsycholoog Antonio Damasio kan het verstand niet altijd beslissen wat het beste is. Vaak ook is een keuze niet rationeel goed of fout. Dan treedt een neuraal mechanisme in werking dat een emotioneel kader biedt: ja of nee. Dat loopt via het 'somatisch stempel', het lichaam geeft een duidelijk signaal af: een steek, een warme golf of koude voeten.
Geeft intuïtie daarom altijd de juiste richting aan? Nee, foute beslissingen blijven bestaan: vergissen is menselijk. En helemaal opgehelderd is de intuïtie evenmin, maar ze mag wel serieus meedoen als voorwerp van wetenschappelijk onderzoek.
Referenties:
-António Rosa Damásio (Lissabon, 25 februari 1944) is een Portugees neuroloog en schrijver die al tientallen jaren in de VS woont en werkt, en die vooral bekend is geworden door zijn boek “De vergissing van Descartes. Gevoel, verstand en het menselijk brein” waarin hij de biologische basis van de werking van de hersenen onder de loep neemt. Hij studeerde geneeskunde en promoveerde aan de Universiteit van Lissabon. Van 1976 tot 2005 werkte hij aan het universitair ziekenhuis van de Universiteit van Iowa in Iowa city, waar hij hoogleraar en hoofd van de afdeling neurologie was. Tegenwoordig is hij hoogleraar, David Dornsife Professor of Neuroscience, aan de University of Southern California.
- Boek - Intuïtie, leer erop te vertrouwen, Gerald Traufetter, Spectrum, ISBN 978 90 274 9773.